Bonken op luiken |
Effata Parochieblad, februari 2010 Er wordt in Nederland veel gebeden, meer dan u waarschijnlijk denkt. Terwijl nog maar ongeveer een kwart van de Nederlandse bevolking zichzelf als een met een kerk verbonden gelovige beschouwt, geeft tweederde van de Nederlanders bij onderzoeken aan min of meer regelmatig iets te doen wat zij zelf bidden noemen. Bij het laatste onderzoek ‘God in Nederland’ in 2006 was dat 63 procent en bij een onderzoek van Nijmeegse godsdienstpsychologen uit diezelfde tijd 71 procent. Een goed half jaar geleden publiceerde het damesblad Margriet de uitslag van een onderzoek over religie onder haar lezeressen, en daarvan gaf zeventig procent aan regelmatig te bidden. Er wordt dus veel gebeden. Alleen: we weten het niet van elkaar. We praten er met elkaar nauwelijks over. We vinden het misschien wel gênant om er over te praten. Dat geldt zeker voor jongeren. In anoniem onderzoek geeft ook van hen een grote meerderheid te kennen regelmatig te bidden. Maar zij zullen dat niet gemakkelijk tegenover elkaar toegeven. Zij praten gemakkelijker met elkaar over hun seksleven dan over hun gebedsleven. Seks is minder taboe dan bidden. Hoe dat komt? Misschien omdat we eigenlijk ook niet zo goed weten wat we doen als we bidden. Want wat is bidden? Wie kan het zeggen? Misschien is bidden wel vooral een indringend gesprek met ons zelf, in de hoop - en soms het vermoeden - dat er nog iemand of iets meeluistert. We weten dus niet zo goed wat bidden is. Maar het lijkt veel met onze kwetsbaarheid en onze machteloosheid te maken te hebben. Wie bidt, geeft zich bloot. Wie bidt, laat zich kennen. Misschien praten we er daarom ook niet zo gemakkelijk over. Huub Oosterhuis, die al een leven lang gebedsteksten schrijft, bundelde onlangs 150 gebeden onder de titel Kom bevrijden. In het ‘woord ten geleide’ zegt hij: ‘De Bijbel is het verhaal van een god die vriend is – bij wie je midden in de nacht op de luiken mag rammen.’ Dat is bidden, zegt hij: ‘vragen, smeken, aandringen, bonken op luiken’. Een kernachtiger omschrijving van bidden ben ik nooit eerder tegengekomen: bonken op luiken. Doe open, ontgrendel de luiken, laat licht en lucht binnen. Doe de wereld ontluiken, geef lucht dat ik kan ademen, licht dat ik kan zien. Geef ruimte dat ik kan leven. Wij bonken op luiken, midden in de nacht, veertig dagen lang, veertig weken lang, een leven lang. |